Heb je hier wat aan gehad? Abonneer dan op mijn YouTube kanaal: 
Doneer meneer Wietsma een kopje koffie: 
Klik hier voor een samenvatting van de video
Wanneer je in een vliegtuig zit en deze gaat opstijgen merk je dat deze steeds sneller gaat. De beweging die het vliegtuig dan maakt noemen we ook wel een constante versnelling of een eenparige versnelling. Dit betekend dat er per seconde meer snelheid bij komt. Stel dat we de snelheid van het vliegtuig per seconde gaan meten en het in de tabel hieronder zetten
| Tijd (s) | Snelheid (m/s) |
| 0 | 0 |
| 1 | 3,3 |
| 2 | 6,6 |
| 3 | 9,9 |
| 4 | 13,2 |
| 5 | 16,5 |
Je ziet dat de snelheid hier steeds groter wordt. We spreken dus van een versnelling. Om deze versnelling uit te rekenen willen we weten hoeveel snelheid er per seconde bij komt. Als we de gegeven in een tabel krijgen kunnen we dat makkelijk zien. Per seconde komt er 3,3 meter per seconde bij. In de vorige zin zag je twee keer per seconde staan. Je kunt dat ook schrijven 3,3 meter per seconde per seconde, of 3,3 m/s/s of 3,3 m/s2. Die m/s2 is de eenheid voor versnelling.
LET OP: Gebruik nooit het 2 teken voor het berekenen van de versnelling, die heb je niet nodig, dit wordt alleen genoteerd in de eenheid.
De versnelling moeten we ook kunnen berekenen:
of 
a = De versnelling (acceleration) in meter per seconde kwadraat (m/s2)
vbegin = De beginsnelheid in meter per seconde (m/s)
veind = De eindsnelheid in meter per seconde (m/s)
tbegin = De begin tijd in seconde (s)
teind = De eindtijd in seconde (s)
Δv = De verandering in snelheid in meter per seconde (m/s)
Δt = De verandering in tijd in seconde (s)
BELANGRIJK: Als we de versnelling bereken doen we dit altijd met de snelheid in m/s en de tijd in s.
Als we de formule hierboven nu invullen met de gegevens uit de tabel krijgen we:
= 
= 3,3 m/s2
We kunnen deze formule ook ombouwen als we bijvoorbeeld de versnelling en de verandering in tijd weten en de verandering in snelheid willen uitrekenen: Δv = a ∙ Δt
Of wanneer we de versnelling en de verandering in snelheid weten en de verandering in tijd willen uitrekenen:
Wanneer een versnelling negatief is spreken we van een vertraging. De beweging gaat dan steeds langzamer. Denk bijvoorbeeld aan een bal die na het schoppen eerst heel hard en daarna steeds langzamer gaat totdat deze stil ligt.
Quiz-summary
0 of 9 questions completed
Questions:
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
Information
Maak de quiz om te zien of je het snapt
You have already completed the quiz before. Hence you can not start it again.
Quiz is loading...
You must sign in or sign up to start the quiz.
You have to finish following quiz, to start this quiz:
Resultaten
0 van de 9 vragen goed
Time has elapsed
Categories
- Not categorized 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- Beantwoord
-
Vraag 1 van 9
1. Question
Hieronder zie je een v,t-grafiek van een beweging.
Bereken de versnelling tijdens de eerste 4 seconden (geef je antwoord alleen in getallen met één getal achter de komma)- (1,5 of 1.5) m/s2
Correct
Δv = 6,0 m/s
Δt = 4,0 s
a =
=
= 1,5 m/s2
Incorrect
Δv = 6,0 m/s
Δt = 4,0 s
a =
-
Vraag 2 van 9
2. Question
Hieronder zie je een v,t-grafiek van een beweging.
Bereken de versnelling tussen de 8 en 10 seconden (geef je antwoord alleen in getallen met één getal achter de komma)- (2,0 of 2.0 of 2) m/s2
Correct
Δv = 4,0 m/s
Δt = 2,0 s
a =
= 2,0 m/s2
Incorrect
Δv = 4,0 m/s
Δt = 2,0 s
a =
-
Vraag 3 van 9
3. Question
Hieronder zie je een v,t-grafiek van een beweging.
Bereken de versnelling tussen de 12 en 16 seconden (geef je antwoord alleen in getallen met één getal achter de komma)- (-0,5 of -0.5 of - 0,5 of - 0.5) m/s2
Correct
Δv = -2,0 m/s
Δt = 4,0 s
a =
= -0,5 m/s2
Incorrect
Δv = -2,0 m/s
Δt = 4,0 s
a =
-
Vraag 4 van 9
4. Question
Hieronder zie je een v,t-grafiek van een beweging.
Bereken de gemiddelde versnelling tussen de 0 en 12 seconden (geef je antwoord alleen in getallen met één getal achter de komma)- (0,8 of 0.8) m/s2
Correct
Δv = 10,0 m/s
Δt = 12,0 s
a =
= 0,8 m/s2
Incorrect
Δv = 10,0 m/s
Δt = 12,0 s
a =
-
Vraag 5 van 9
5. Question
Een auto trekt in 5,2 seconde vanuit stilstand op tot een snelheid van 30 m/s. Bereken de versnelling in m/s2. (Geef je antwoord alleen in cijfers, met één getal achter de komma)
- (5,8 of 5.8) m/s2
Correct
Δv = 30 m/s
Δt = 5,2 s
a =
= 5,8 m/s2
Incorrect
Δv = 30 m/s
Δt = 5,2 s
a =
-
Vraag 6 van 9
6. Question
Om op te stijgen heeft een vliegtuig een snelheid nodig van 82,5 m/s. De versnelling bij het opstijgen is 3,3 m/s2. Hoe lang duurt het opstijgen in seconde? (Geef je antwoord in een afgerond getal)
- (25 of 25.0 of 25,0) s
Correct
Δv = 82,5 m.s
a= 3,3 m/s2
Δt =
=
= 25 s
Incorrect
Δv = 82,5 m.s
a= 3,3 m/s2
Δt =
-
Vraag 7 van 9
7. Question
Wanneer je een bal wegschopt, krijgt de bal in 0,3 seconde een versnelling van 70 m/s2. Bereken welke snelheid in km/h de bal heeft na deze 0,3 seconde. (Geef je antwoord alleen in cijfers, met één getal achter de komma)
- (75,6 of 75.6) km/h
Correct
a = 70 m/s2
Δt = 0,3 s
Δv = a ∙ Δt = 70 ∙ 0,3 = 21 m/s
21 ∙ 3,6 = 75,6 km/h
Incorrect
a = 70 m/s2
Δt = 0,3 s
Δv = a ∙ Δt = 70 ∙ 0,3 = 21 m/s
21 ∙ 3,6 = 75,6 km/h
-
Vraag 8 van 9
8. Question
Een auto rijdt 108 km/h. Hij wil een andere auto inhalen en versnelt in 2,3 s naar een snelheid van 126 km/h. Berekenen de versnelling in m/s2. (Geef je antwoord alleen in cijfers, met één getal achter de komma)
- (2,2 of 2.2) m/s2
Correct
vbegin = 108 / 3,6 = 30 m/s
veind = 126 / 3,6 = 35 m/s
Δv = veind – vbegin = 35 – 30 = 5 m/s
Δt= 2,3 s
a =
= 2,2 m/s2
Incorrect
vbegin = 108 / 3,6 = 30 m/s
veind = 126 / 3,6 = 35 m/s
Δv = veind – vbegin = 35 – 30 = 5 m/s
Δt= 2,3 s
a =
-
Vraag 9 van 9
9. Question
De auto die nu 126 km/h rijdt, remt in 5,7 s weer af tot een snelheid van 100,8 km/h. Bereken de versnelling in m/s2. (Geef je antwoord alleen in cijfers, met één getal achter de komma)
- (-1,2 of -1.2 of - 1,2 of - 1.2) m/s2
Correct
vbegin = 126 / 3,6 = 35 m/s
veind = 100,8 / 3,6 = 28 m/s
Δv = veind – vbegin = 28 – 35 = -7 m/s
Δt= 5,7 s
a =
= -1,2 m/s2
De versnelling is dus -1,2 m/s2
De vertraging is 1,2 m/s2
Incorrect
vbegin = 126 / 3,6 = 35 m/s
veind = 100,8 / 3,6 = 28 m/s
Δv = veind – vbegin = 28 – 35 = -7 m/s
Δt= 5,7 s
a =
De versnelling is dus -1,2 m/s2
De vertraging is 1,2 m/s2
Laat een bericht achter
35 berichten op "Versnelling"
Wat een fantastische website!
Jo hallo leuke website meneer
Super website, zou het nog mogelijk zijn een onderdeel hydrostatica toe te voegen ? wegens het moeilijk is hier goede info over te vinden
Zet het op de lijst, maar ben bang dat het nog even gaat duren. Nu bezig met examenvideo’s en daarna moet ik nog 50+ pagina’s van deze website vullen.
Super top gedaan! Door u zijn mijn Natuurkunde cijfers massaal gestegen.!
En door jezelf! Want je hebt zelf besloten dit te doen en je ziet dat het werkt 😉
Hallo, super fijn deze website! Echter hebben wij ook met omrekenen naar km/h zou U dat ook erbij kunnen voegen? Alvast bedankt!
Edit: Bij het vorige bericht bedoel ik met een grafiek 🙂
Bedoel je dat in de grafiek de versnelling staat in m/s2 en dat je die moet aflezen en naar km/h moet?
Dan doe je de versnelling maalt de tijd en dan maat 3,6
Of dat je een grafiek ik km/h hebt en die naar versnelling in m/s2 moet omrekenen.
Dan deel je door 3,6 en doe je daarna het verschil in snelheid gedeeld door het verschil in tijn
hoi meneer Wiersma, fijne website! heeft u nog tips hoe je kunt onthouden hoe je de verschillende formules juist weet toe te passen
Dankje!
Noteer de gegevens uit de vraag, noteer wat er gevraagd wordt en zoek dan de formule die dit kan berekenen. Voorbeeld:
Iemand versnelt vanuit stilstand met een versnelling van 2,3 m/s2. Bereken de snelheid de de persoon heeft na 3,4 s.
Gegeven:
a = 2,3 m/s2
t = 3,4 s
Gevraagd:
v = ? m/s
Formule:
a = v / t
Ombouwen:
v = a x t
Invullen, antwoord met eenheid (en significantie als je dat hebt gehad):
v = 2,3 x 3,4 = 7,8 m/s
gekke greenscreen!!!!iiii!!!!
Dankjewel! Sta nu een voldoende voor natuurkunde!
Goed bezig!
hoi meneer wietsma.
Ten eerste wat een fantastische website. en deze uitleg dank u ik snap het nu eindelijk zo haal ik mijn examen wel
Altijd fijn om te lezen dat ik help, heel veel succes!
Door deze filmpjes heb ik sta ik nu een 8,9 voor Nask!
Super! Gefeliciteerd!
Snapt u vraag 8? ik begrijp er niks van.
Een auto gaat versnellen van 108 km/h naar 126 km/h in 2,3 s. Er komt dus 126 – 108 = 18 km/h bij. Aangezien we met m/s moeten werken doen we 18 km/h : 3,6 = 5 m/s
Dus in 2,3 s komt er 5 m/s bij.
Om de versnelling uit te rekenen doen we a = v / t = 5 / 2,3 = 2,2 m/s2
Hoi meneer Wietsma door uw filmpjes snap ik de stof veel beter en ik vind het heel fijn als u zo door gaat met dit. Ik heb nu een 8,9 gehaald door alleen maar deze filmpjes te kijken!!! Super bedankt!!
ik wil u heel erg bedanken, want in de toets haalde ik een 1 en nu na deze filmpjes haalde ik gewoon een 7 op de toets. Nu ben ik ontzettend blij en ga vooral zo door met deze nuttige filmpjes
Super! Gefeliciteerd!
ik hou van u
☺️
Beste meneer Wietsma ik snap vraag 2 niet er staat toch tussen 8 en 10 seconden
Tussen de 8 en 10 s is het verschil in tijd 2 seconde (10 – 8 = 2 s) Het verschil in snelheid kun je aflezen en is 10 – 6 = 4 m/s
Met deze gegevens kun je de versnelling berekenen 4 / 2 = 2 m/s2
Alle vragen goed 🙂 Heel erg bedankt voor uw fijne uitleg!
bij vraag 4 staat tussen 0 en 12 seconden maar in de uitwerking staat niks daarover maar wel 10 staat dat goed? of heb ik een foutje gemaakt want anders snap ik het niet
Na 12 seconde is de snelheid van 0 m/s naar 10 m/s gegaan.
Dus:
t = 12 s
delta v = 10 m/s
a = v / t = 10 / 12 = 0,8 m/s^2
My man
super website meneer wietsma ,
super website meneer wietsma love van joep.
Super website en hele goede uitleg, bedankt!
Hoe bereken je de gemiddelde versnelling uit een x/t diagram?
Dat is best lastig.
Dan moet je eerst de snelheid op twee punten bepalen met bijvoorbeeld de raaklijn methode
En dan moet je de gemiddelde versnelling uitrekenen met a = dv / dt
Dit is denk ik wel 4e klas stof of hoger