In een situatie is het bijna nooit zo dat er maar 1 kracht aanwezig is. Er zijn er altijd meer aanwezig die elkaar kunnen versterken of elkaar kunnen tegenwerken. Om de totale kracht uit te rekenen moet je krachten die diezelfde richting op gaan bij elkaar optellen en krachten die de tegenovergestelde richting op gaan van elkaar af halen. Op deze manier krijg je de netto kracht.

Stel je bent met iemand aan het touwtje trekken en jullie oefenen beide een kracht uit van 150 N in de tegenovergestelde richting dan kun je je voorstellen dat er niemand zal winnen. De netto kracht is dan 150 – 150 = 0 N

Als je aan het fietsen bent dan lever je een bepaalde kracht met je benen. Deze kracht noemen we de voorwaartse kracht omdat die je help je beweging te behouden. Je wielen hebben een wrijving met de weg. Dit is een tegenwerkende kracht omdat de kracht tegen de beweging in gaat. Ook de luchtwrijving is een tegenwerkende kracht. Aangezien de luchtwrijving en de rolwrijving allebei tegenwerken mag je ze bij elkaar optellen en noemen we ze voor nu even de wrijvingskrachten.

Als jou spierkracht net zo groot is als de wrijvingskrachten dan is de netto kracht 0 N. Dit betekend niet dat je stil staat, maar dat je snelheid niet verandert (stil staan KAN dus ook, maar hoeft niet). Dus dat je met een constante snelheid gaat.

Ga je nu harder trappen, dan wordt de spierkracht groter. De wrijvingskrachten nog niet (pas als je harder gaat). Nu is de voortstuwende kracht groter en wordt de netto kracht positief. Als dit het geval is ga je versnellen.

Hou je ineens op met trappen dan is er geen voortstuwende kracht meer, alleen tegenwerkende kracht. Nu wordt de netto kracht negatief en ga je vertragen. Let op dat je dus niet ineens achteruit gaat!

Wanneer je een boek op tafel zet dan oefent dat boek een zwaartekracht uit naar beneden. Als dit de enige kracht was, dan zou het boek naar beneden gaan. Het boek blijft echter liggen. Dit bekend dat er een bepaalde kracht naar boven gaat die even groot is als de zwaartekracht van het boek naar beneden. Deze kracht heet de normaalkracht en is de reactie kracht van de tafel op het boek. Stel dat het boek zwaarder wordt, dan wordt de normaal kracht automatisch groter. Stel nu dat het boek zo zwaar wordt dat de tafel niet genoeg normaalkracht kan geven, dan breekt de tafel.